Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW) 2.0

noodmaatregel-overbrugging-voor-werkgelegenheid

Vanwege de aanhoudende coronacrisis heeft de overheid het noodpakket voor banen en economie aangepast. De eerste versie van de NOW was aan te vragen tot en met 5 juni. Maar deze periode blijkt in de praktijk te kort. Daarom is nu NOW 2.0 in het leven geroepen. In dit artikel zullen we kort uitleggen wat er veranderd is.

De overheid wil met de noodmaatregelen zoveel mogelijk banen en inkomens beschermen. De samenleving en de economie veranderen door de coronacrisis en met deze maatregelen helpt de overheid de werkgevers, ondernemers en werknemers om hiermee om te kunnen gaan. De NOW 2.0 is aan te vragen vanaf 6 juli. De aanvraag kan gedaan worden door alle bedrijven die verwachten een omzetverlies van minstens 20% te krijgen en daarbij voldoen aan de gestelde voorwaarden.

Wat is er veranderd:

  • De NOW wordt hiermee verlengd tot 1 oktober 2020.
  • Voor seizoensbedrijven en hun werknemers komen wijzigingen, zodat zij beter worden geholpen met deze maatregelen.
  • De opslag over de loonkosten wijzigt van 30% naar 40%.
  • Het wordt verplicht dat werkgevers hun werknemers stimuleren bij- of omscholing te doen.
  • Als een bedrijf gebruik maakt van de NOW, mogen er geen dividend of bonussen over 2020 worden uitgekeerd.
  • De korting die bedrijven krijgen op de subsidie bij bedrijfseconomisch ontslag wordt verlaagd van 150% naar 100% van de loonsom.
  • Als een bedrijf 20 of meer werknemers wil ontslaan, zijn zij verplicht dit te overleggen met de vakbonden. Wanneer zij dit niet doen, kunnen zij 5% minder van het totale subsidiebedrag krijgen.

Er wordt nu door de overheid verder gewerkt aan een specifiekere invulling van deze maatregelen. Wij zorgen dat we op de hoogte blijven van alle ontwikkelingen.
Wilt u de NOW 2.0 aanvragen en ontvangt u graag hulp daarbij? Neem dan gerust contact met ons op.

Informatie aanvullingen noodmaatregelen

aanvullingen-noodmaatregelen

De coronacrisis is nog steeds niet ten einde en daarom komt de regering weer met aanvullende maatregelen. Hieronder geven we een overzicht van deze aanvullingen.

Een verlaging van het gebruikelijk loon bij omzetdaling
Deze regeling geldt voor dga’s. Normaal mogen zij in een verliessituatie zichzelf geen lager loon uitkeren. Nu mag dit door de coronacrisis tijdelijk wel. Het lagere loon moet in verhouding staan met de omzetdaling van hun bedrijf. Deze relatie met de omzetdaling werd in eerdere maatregelen niet genoemd, maar nu wel.

Versoepeling urencriterium
Bij de controle op basis van het urencriterium zal de Belastingdienst ervan uitgaan dat ondernemers in de periode van 1 maart t/m 31 mei 2020 minimaal 24 uur aan de onderneming hebben besteed.

Werkkostenregeling
Werkgevers krijgen eenmalig een verhoging van de vrije ruimte om onbelaste vergoedingen te geven. Deze wordt namelijk eenmalig verhoogd van 1,7% naar 3,0% voor de eerste € 400.000 van de loonsom per werkgever.

Fiscale coronareserve in de vennootschapsbelasting
Wanneer er door de coronacrisis verlies wordt verwacht over 2020, dan is het mogelijk om dit voor de vennootschapsbelasting als fiscale coronareserve ten laste van de winst van 2019 te rekenen. Daarbij is het wel zo dat deze coronareserve niet hoger mag zijn dan de winst van 2019. Zo kan dus het verwachte verlies in 2020 de voorlopige aanslag vennootschapsbelasting 2019 verlagen, wat beter is voor de liquiditeit van het bedrijf.

Uitstel inwerkingtreding wetsvoorstel ‘Wet excessief lenen bij eigen vennootschap’
De ‘Wet excessief lenen bij eigen vennootschap’ zou per 1 januari 2022 worden ingevoerd, maar dit is een jaar uitgesteld. Dit betekent dat ondernemers tot eind 2023 de tijd hebben om de schulden aan hun onderneming af te lossen.

Betaalpauze voor hypotheekverplichtingen
Wanneer een bedrijf een achterstand heeft op de hypotheek door een betaalpauze, hoeft deze aflossingsachterstand niet voor eind 2021 te zijn betaald. Deze achterstand mag worden uitgesmeerd over de resterende looptijd van de lening, met een maximum van 360 maanden. Daarnaast is het ook mogelijk om de lening te splitsen. De achterstand van maximaal zes maanden wordt dan een aparte lening, die een looptijd heeft van bijvoorbeeld vijf jaar.